Gespreid leiderschap: meer verantwoordelijkheid én meer vrijheid voor leraren

24 maart 2021

Het schoolbeleid van ALASCA wordt breed gedragen, omdat iedereen eraan meewerkt. Schoolleiders Mireille en Martijn en leraar Lenn delen hun ervaringen met gespreid leiderschap.

“Leraren weten zelf vaak heel goed wat wel en niet werkt in het onderwijs, daarom vinden wij het belangrijk dat ze daar meer in te zeggen hebben”, vertelt Mireille van Heerden. Zij is samen met Martijn Meerhoff schoolleider van deze moderne school voor vwo+ en havo die in 2016 van start ging. De organisatiestructuur is gebaseerd op het concept ‘gespreid leiderschap’. De twee schoolleiders vervullen een meer faciliterende dan traditionele rol. Daarnaast zijn er onderwijscommissies van vier tot zes leraren, die werken aan beleid en onderwijsontwikkeling. Mireille: “Een belangrijk effect daarvan is dat iedereen in de school meewerkt aan het beleid en dit zo ook breder gedragen wordt.”

Wisselende commissies

Tussenlagen in de organisatie – zoals sectiehoofden – ontbreken en daarom zijn de taken van leraren anders verdeeld: ze geven les, zijn mentor, ze doen commissiewerk en krijgen daarvoor de benodigde uren. De commissies werken aan onderwerpen die op dat moment van belang zijn. “Sommige zijn permanent ­− zoals de didactiekcommissie − en andere verdwijnen weer, zoals de onderwijscommissie curriculum onderbouw die na vier jaar klaar was”, vertelt Mireille. Om de rode lijn binnen commissies te bewaken, is er wel een begeleidende voorzitter. Die zorgt voor structuur, en ontvangt de vragen of opdrachten vanuit de schoolleiding.

Organisatieontwerp

Schoolleider Martijn Meerhoff was medeoprichter van de school. Hij deed daarvoor uitgebreid onderzoek naar gespreid leiderschap. “We doken in de literatuur en maakten onder meer gebruik van: het boek ‘Distributed Leadership’ (door James Spillane) en onderzoeken van Marco Snoek (Hogeschool van Amsterdam) over gespreid leiderschap in het onderwijs en hoe je dit vanuit de leraar organiseert.” Martijn bekeek ook praktijkvoorbeelden in de zorg om inspiratie op te doen over organisatieontwerp, zelfsturende teams en de succescriteria van gespreid leiderschap. De invoering van het gespreid leiderschap op school ging volgens hem relatief gemakkelijk, omdat ze vanaf de basis begonnen met een nieuwe school. “Het is een heel fundamenteel concept. Voor een bestaande school is het lastiger om in te voeren. Je kunt het niet zomaar toepassen op een bestaande visie, want gespreid leiderschap heeft invloed op alle facetten van het onderwijs en de organisatie.”

Professionele identiteit

Als schoolleider merken Mireille en Martijn dat ze een andere rol hebben ten opzichte van een ‘reguliere’ school. “We zijn meer faciliterend en ondersteunend. We laten veel meer over aan de commissies”, vertelt Mireille. En dat betekent voor beiden dat ze regelmatig op hun handen moeten zitten en vragen teruggeven aan leraren, zodat ze het zelf oplossen. “Bij een discussie kijken ze mij al snel aan, dan moet ik even op mijn tong bijten”, zegt Mireille. Martijn: “Iedereen heeft reflexen vanuit de meer traditionele en hiërarchische scholen waar ze eerder werkten – ook wij.”

Meer verantwoordelijkheid

Volgens hem verandert met gespreid leiderschap de professionele identiteit van de schoolleiders en leraren. “Mensen willen heel graag meer autonomie, maar de verantwoordelijkheid die daarbij komt kijken, kan voor sommigen af en toe slikken zijn. Dat is heel normaal”, vertelt hij. Maar dit betekent niet dat de twee nooit een leidende rol oppakken. “Bij een crisis moet je soms snel handelen, dan kan je het vraagstuk niet aan een commissie geven om er uitgebreid over te vergaderen”, zegt Martijn. Ook moeten er soms snel knopen worden doorgehakt, bijvoorbeeld rond de coronamaatregelen, die telkens weer veranderen.

Niet muurvast

Voor Lenn van der Laan Rosenkilde was het de extra vrijheid voor leraren die hem aantrok om les te komen geven op de school – hij is er aardrijkskunde- en geschiedenisleraar en roostermaker. Lenn: “Je mag veel zelf bepalen, zolang het maar binnen de visie past en aansluit bij de kerndoelen.” Zo is hij voorstander van omgevings- en belevingsonderwijs, wat hij vanwege de extra vrijheden kan doorvoeren in zijn lessen. Hij laat leerlingen bijvoorbeeld een wijkprofiel maken in hun eigen omgeving in Amsterdam en die vergelijken met de andere wijkprofielen. “De lessen bestaan uit blokken van 2,5 uur, dat geeft veel meer ruimte om flexibel te zijn met de locatie. Het is niet vanzelfsprekend dat je in een vast lokaal zit.”

Excellentietrajecten

Lenn is lid van een commissie die zich richt op maatwerk en flexibilisering. “Als eerste onderzochten we statistisch hoe de leerlingen ervoor staan: zijn er leerlingen die te veel achterlopen? Hebben ze extra aandacht nodig?” Uit het onderzoek bleek dat er eigenlijk juist meer aandacht nodig was voor leerlingen die te weinig uitgedaagd werden. “Er zijn best veel hoogbegaafde leerlingen bij ons op school, ze zijn sneller klaar met de stof en gaan zich soms vervelen”, zegt Lenn. Hiervoor is hij in de commissie bezig met de ontwikkeling van versnelling en verdieping via zogeheten ‘excellentietrajecten’. Lenn: “Ook de leerlingen weten dat je als leraar veel invloed hebt op het onderwijs en komen soms met eigen verzoeken. Zo maken mijn leerlingen op eigen initiatief als excellentietraject een escape room over de geschiedenis van Amsterdam.”

Gespreid leiderschap
Lees meer over gespreid leiderschap in het katern ‘Wisselend invloed uitoefenen’ van de VO-academie en de VO-raad.


Meer inspiratie

Een van de voordelen van de commissies is volgens Lenn dat je in contact komt met iedereen binnen de school. “In een meer traditionele setting werk je soms jarenlang met dezelfde groep mensen. Daar is niks mis mee, maar dan heb je wel een incompleet beeld van de school.” Voor de commissies schrijft iedereen zichzelf vrijwillig in en daardoor komen collega’s elkaar steeds in variërende samenstellingen tegen. Lenn vindt dat hij zo meer inspiratie opdoet en meer leert. En door de verschillende taken die hij vervult, vindt hij dat hij breder kan groeien in zijn carrière.

Onzekerheid hoort erbij

Voor wie ook geïnteresseerd is in gespreid leiderschap is het volgens Martijn belangrijk om bewust te zijn van het stukje onzekerheid dat het met zich meebrengt. “Beleid staat niet muurvast. Je blijft constant met elkaar ontdekken wat het beste bij de school past en daar gaat soms wat tijd overheen. Oplossingen krijgen over het algemeen langzamer vorm”, vertelt Martijn. Die onzekerheid is voor sommigen ongemakkelijk, maar iedereen binnen ALASCA snapt dat volgens hem en kiest daarvoor in ruil voor de extra vrijheid die het oplevert.

Bekijk het ALASCA schoolplan met speciale aandacht voor gespreid leiderschap op pagina 17.